Mag ik jou een mailtje sturen als mijn boek (bijna) klaar is?

* indicates required
Het Gouden Beer Tumulipad De legende van de gouden beer Berendientes wandelroutes De legende van de gouden beer

Het Gouden Beer Tumulipad loopt vanaf het ruim vijfduizend jaar oude Drentse hunebed D 16, gelegen in het verstilde landschap tussen Loon en Rolde, naar een eeuwenoud heidens dodenrijk, waarvan vandaag aan de dag vrijwel niemand de ware aard en de verborgen krachten nog kent. In deze omgeving en ver daarbuiten, woonde en werkte in een totaal versluierd verleden een onbekend volk, dat vele voor-Christelijke goden en godinnen aanbad en vreesde. Zij bouwden er stenen altaren en occulte monumenten die wij tegenwoordig ‘hunebedden’ noemen en daarnaast richtten zij er grafheuvels op, die wij nu menen te kennen als ‘tumuli’.


Helaas zeggen deze namen niets over de ware aard van deze monumenten en van dit verdwenen volk, dat honderden ‘hunebedden’ en duizenden ‘tumuli’ achterliet in hun leefomgevingen, die tegenwoordig  nog terug te vinden zijn in bepaalde delen van onder meer Nederland, Duitsland, Denemarken, Zweden en Noorwegen. Dergelijke namen zijn bedacht door wetenschappers die, duizenden jaren nadat de laatste overlevenden van deze oude gemeenschappen van de aardbodem verdwenen waren, hun best hebben gedaan om zich een beeld te vormen van de zogenoemde ‘hunebedbouwers’, die volgens de geleerden tot ‘het Trechterbekervolk’ behoorden. Het waren slechts goed bedoelde pogingen om een verdwenen wereld in beeld te brengen die niet werkelijk meer tot leven gewekt kan worden.  


Wat ons rest zijn slechts aannames, veronderstellingen en niet werkelijk bewijsbare overtuigingen. Daarnaast beschikken wij over eeuwenoude volksverhalen, waarin het verdwenen volk niet zelden afgeschilderd wordt als primitievelingen en/of als occultistische barbaren.


Het bovenstaande filmpje brengt het zogenoemde ‘Gouden Beer Tumulipad’ in beeld. Volgens ‘De legende van de gouden beer’ gaat er ergens, heel diep onder dit pad en onder de struiken en de bomen in het nabij gelegen Tumulibos, een verzonken labyrint schuil, waarin de geesten van de eens alom aanbeden en gevreesde god Wodan, van zijn goddelijke echtgenote Frya en van hun donderprekerige zoontje Donar sluimerend liggen te wachten op de heidense dag des oordeels, waarop zij hun verloren gegane aardse macht in volle kracht en glorie hopen te kunnen herstellen.


In de vele grafheuvels in dit gebied en onder meer ook onder het hunebed van Balloo, wachten de zielen van hun volgelingen op bevrijding uit het heidense dodenrijk, waarin zij sinds de komst van het Christendom, massaal gevangen zitten. In maanloze nachten dolen sommigen van hen er hunkerend rond, tevergeefs op zoek naar de heidense wereld, waarin zij ooit mensen van vlees en bloed waren. De legende van de gouden beer zegt, dat er van tijd tot tijd een doorschijnende boodschapper, vanuit de hemelse gewesten achter de wolken, naar de aarde komt, die zijn best doet om al die eenzame zielen vanuit hun tumuli en onderaardse gewelven naar Het Ware Licht van het Universum te begeleiden. Sommigen van hen gaan vrijwillig met hem mee, maar de meeste gelovigen en aanbidders zijn bijzonder eenkennig en zij durven hun geliefde en gevreesde goddelijk-heidense drie-eenheid niet in de steek te laten.


De legende van de gouden beer wordt in Drenthe en omstreken al eeuwenlang in een select familieverband van generatie op generatie doorverteld. Schrijfster Berendientje van Dalen (ik dus) verhaalt er over in haar gelijknamige gezellig-literaire streekroman 'De legende van de gouden beer'. Zij ontmoette de hemelse boodschapper in heldere en lucide dromen waarin zij, als kind al, samen met hem door het universum zweefde. Zij aanschouwde oer-rivieren en inmiddels al lang weer verdwenen bergketens, die gesitueerd waren in een naamloze omgeving die tegenwoordig Europa wordt genoemd en zij zag onder meer ook hoe er op verschillende plekken op de wereld piramides en hunebedden gebouwd werden.


Het gaat hier om een bijzondere legende die waarschijnlijk een diepe kern van waarheid in zich meedraagt, hoewel ook die veronderstelling met geen mogelijkheid te bewijzen valt. Maar hunebedden en tumuli zijn wel degelijk rudimenten van een wereld, die ooit net zo echt en net zo ‘tastbaar’ leek te zijn als de wereld, waarin wij momenteel denken te leven. Wanneer je over Het Gouden Beer Tumulipad loopt, ervaar je de oneindigheid van tijd en ruimte, tenminste, wanneer je er voor open staat, want Wodan, Frya, Donar en hun volgelingen, groeten je niet, wanneer je onderweg niet serieus en respectvol aan hen denkt. Zij sluimeren gedachtenloos in de beklemmende gewelven van de voor-Christelijke dood, zonder dat zij beseffen dat de bloeiperiode van het universele heidendom op aarde, al ruim tweeduizend jaar voorbij is.


De hemelse boodschapper kan tijdens zijn periodieke bevrijdingsmissies in dit gebied wel wat extra hulp gebruiken, maar voel je nergens toe verplicht. Je hoeft onderweg niet perse het Onze Vader te bidden of te prevelen, voor al deze eenzame zielen en hun heidense goden. Wil je gewoon op een ontspannen manier van de mooie omgeving genieten? Dat kan en mag natuurlijk ook. Zolang jij je maar niet bij nacht en ontij, tijdens vliegende stormen, hevige slagregens, knetterende onweersbuien en onder maanloze wolkendekens in dit eeuwenoude gebied begeeft, zal de heidense drie-eenheid je hier niet belagen en zullen de hunkerende zielen je onderweg met rust laten. Op mooie dagen kun je hun aanwezigheid soms wel even voelen, vooral wanneer je mijn boek hebt gelezen, maar zoals ik al zei; voel je nergens toe verplicht.


De hemelse boodschapper zit niet stil en vroeg of laat zullen alle hunebedden, tumuli en ook alle andere voor-Christelijke bouwwerken in de wereld alleen nog maar onbezielde toeristische trekpleisters zijn. Het Ware Goddelijke Licht zal uiteindelijk zegevieren, maar helaas kan dat nog wel een tijdje duren. Je leest er meer over in mijn boek: De legende van de gouden beer, dat ik niet alleen voor mijzelf en/of louter en alleen maar voor de lol heb geschreven.


Van harte aanbevolen dus!


Met vriendelijke groet:


Berendientje van Dalen